Home|Bandenonderhoud|Juiste bandenspanning

VEILIGHEIDSTIPS OVER BANDENSPANNING

Rijden op een band die niet de juiste bandenspanning heeft, is gevaarlijk.

De juiste bandenspanning voor uw banden staat in de gebruikershandleiding van uw voertuig. U kunt de druk meten met een bandenspanningsmeter.

Een te lage bandenspanning kan het gewicht van de auto niet goed dragen, waardoor overmatige hitte onstaat en de band sneller slijt. Het kan ook zorgen voor een hoger brandstofverbruik.

Een te hoge bandenspanning vermindert grip en zorgt dat het loopvlak sneller slijt. Ook zijn te harde banden gevoeliger voor lek rijden en ontstaat schade aan de zijwanden.

Raadpleeg de gebruikershandleiding van het voertuig voor de aanbevolen bandenspanning. Deze druk moet minimaal worden gehandhaafd. Het is belangrijk om het maandelijks te controleren met een bandenspanningsmeter.

Als u banden met de originele maat vervangt door een andere maat, moet u contact opnemen met een bandenspecialist of uw voertuigfabrikant om de juiste spanning voor uw nieuwe banden te bepalen. Controleer de bandenspanning, inclusief de reserveband, minimaal één keer per maand en altijd voordat u een lange reis maakt. De bandenspanning moet worden gemeten als de banden koud zijn - dit wil zeggen dat er niet op is gereden. Anders zijn uw banden warm, waardoor de druk met enkele kilo's toeneemt. Dit is normaal. Nooit ontluchten of de luchtdruk in een hete band verlagen. Als de juiste bandenspanning niet wordt gehandhaafd, kan dit leiden tot snelle en ongelijkmatige slijtage van het loopvlak, onjuiste handling van het voertuig, verhoging van het brandstofverbruik en overmatige warmteontwikkeling. Dit kan resulteren in kapotte banden. (Bewijs van drukverlies of te lage bandendruk vereist verwijdering van de banden en inspectie door een expert.)